maandag 20 april 2015

Ontbrekend chauvinisme



Soms mag je best trots zijn op wat je hebt. Als het gaat om zaken die uniek zijn voor een land of om bepaalde zaken waarvan je mag vinden dat het best een prestatie is die je als land(je) bereikt. Natuurlijk schiet het wel eens door, zoals je bijvoorbeeld bij Fransen of Italianen ziet. Maar er zijn ook gevallen van misplaatste bescheidenheid. Dat gevoel krijg ik wel eens bij sommige sporten en dan vooral in samenhang met het bedrijfsleven. Opvallend vaak zie je dat Nederlandse sporters het moeilijk hebben als het gaat om de sponsoring rond te krijgen. Dat terwijl bijvoorbeeld Amerikaanse of Duitse en Franse sporters met gemak financieel door het zakenleven in eigen land gesteund worden. Zo niet in Nederland. Als het al gebeurd is het zeldzaam en mondjesmaat of van een laag financieel niveau. Een enkele keer lukt het een wielerploeg zoals Peter post ook met zijn Panasonic ploeg (via de NL importeur), maar voor de rest blijft het kwakkelen. Ik moest daar afgelopen weekend weer even kort aan denken toen ik naar de Formule 1 in Bachrein zat te kijken. Op dit moment hebben we daar Max Verstappen rijden in een Torro Roos met een contract bij het internationale topteam RedBull. Maar Nederlandse talenten moesten het de laatste jaren doen met fooien en waren veroordeeld tot de achterhoede van deze autosport. Verbazing daarom toen ik op de BBC een interview zag met huidige teamdirecteur Claire Williams van het Williams F1 team. Ze droeg een mooi wit shirt met daarop prominent de merknaam van deodorant Rexona. Toevallig een merk van het Hollandse Unilever. Verder is prominent op de overalls en wagens van Massa en Bottas de naam en logo van “Randstad” (u weet wel, de Hollandse uitzendgigant) te zien. Kost een paar centen, maar dan heb je ook wat. Wat mij wel bevreemd is waarom dergelijke bedrijven zich nooit ontfermt hebben over Nederlandse coureurs. Ok, ooit wist Jos Verstappen in zijn tijd nog een bescheiden bedragje los te peuteren bij “Phillips Car Stereo” en reed Jan lammers rond met “Samsom Shag” op zijn wagen omdat de toenmalige directeur marketing van Van Nelle een zwak had voor deze rijder, maar daar is het dan ook bij gebleven. McGregor van Marcel Boekhoorn, stopte schoonzoon Gido van de Garde wat toe, maar voor de rest zie ik het ontbreken van Nederlandse sponsoring bij onze sporters vooral als ontbrekend chauvinisme. Want we hebben kwaliteit genoeg aan diverse rijders in Nederland, maar het Nederlandse bedrijfsleven ziet er geen kennelijk te weinig heil in. Had toch bijvoorbeeld leuk geweest een F1 team in Heineken groene wagens met rode ster voorop of zo iets. Maar helaas, het zit er tot nu toe niet in. Gelukkig komt er af en toe een absoluut toptalent zoals Max Verstappen bovendrijven die bij een absoluut topteam een meerjarig contract heeft gekregen. Hebben we toch wat om trots op te zijn. Zo en nu nog even de Renault folders in de papierbak gooien.

zondag 15 maart 2015

Instekers



Nee geen “instinkers”, alhoewel je je soms af vraagt wat sommige bedrijven bezielt als je de hoeveelheden ziet. Ik heb het over reclamefolders die zijn ingestoken in bladen en kranten. Bijna iedere week dezelfde, soms zijn het er meer. Maar het is irritant als ze midden in een weekblad of krant zitten. Want al lezend vallen die folders er altijd uit op de meest onverwachte momenten. Het lijkt me moeilijk te meten wat nou precies de effectiviteit is van deze vorm van reclamemaken. Immers, alles wordt steeds digitaler en als je naast die pop-ups nu ook al wordt bestookt met papieren versies, dan denk ik dat veel van die folders direct in de papierbak verdwijnen. Vraag is of de producent er ook zo over denkt. De kans dat je met een schot hagel iets raakt is nu eenmaal groter dan dat je met een enkele kogel schiet. Dus dat zal de filosofie wel zijn achter deze vorm van reclamemaken. Maar het neemt niet weg dat er een mate van irritatie in zit als er weer zo’n ongevraagde folder uit je tijdschrift valt terwijl je net lekker aan het lezen bent. Duidelijker zijn de in plastic voorverpakte stapel folders die ook iedere week in de je brievenbus wordt gepropt. Dat is simpel het plasticje er af trekken en de rest gelijk in de papierbak gooien. Ruimt lekker op, de recycle industrie is er blij mee, maar of het allemaal veel nut heeft, vraag ik me wel af.

dinsdag 3 maart 2015

Een nieuwe fase



Sinds de laatste blog van 11 januari jl. bleek dat de achtbaan waar ik sinds begin december vorig jaar terecht was gekomen, nog niet ten einde is. Eind januari kreeg ik namelijk nog een nieuw fenomeen voorgeschoteld: niergruis/steentjes. Wowww. Dat was een onverwachte en pijnlijke ervaring. Wel weer logisch achteraf, want ik had rigoureus mijn hele eet- en drinkgedrag gewijzigd waardoor de zuurgraad in mijn lichaam ook wijzigde en mijn nieren daardoor een optater kregen. Achteraf (maar dat is altijd lekker dat achteraf constateren) had ik natuurlijk een paar zaken rustig moeten afbouwen. Maar ja, dat wist ik pas toen de effecten van de cold-turkey duidelijk werden. Inmiddels is er al wel de nodige regelmaat gekomen in de dagindeling, dus dat gaat al wat beter. Maar dat je niet even een twee drie klaar bent, is mij inmiddels wel duidelijk geworden. Nog steeds moet ik mij regelmatig zelf tot rust manen en dat is gewoon wennen. Ook het fenomeen “opvliegers”was nieuw voor mij. Maar ook weer verklaarbaar, want ook je hormonenhuishouding gaat met al die veranderingen en als gevolg van stress op zijn kop. Inmiddels ben ik ook min of meer naar een stabiel gewicht gekomen van ca. 110 kilo gegaan. Dat betekende dat er een deel van mij garderobe verplaatst is naar het goede doel en moet ik binnenkort wat andere kleren gaan kopen. Afgelopen weekend heb ik samen met Vera nog wat foto’s van vorig jaar zitten kijken en moest ik met schaamrood op de kaken bekennen dat ik behoorlijk op de verkeerde weg was. Ik zie mezelf nu met heel andere ogen als destijds. Eigenlijk wilde ik de realiteit, van het zijn van een opgeblazen kikker, niet inzien. Zo blijken er nog de nodige positieve kanten aan deze situatie te zitten. Inmiddels ben ik zelfs aan het bewegen. Het moet niet gekker worden. Naast het wandelen, ook al weer een beetje gefietst en zelfs al een paar keer weer zwemmen. Dat was in jaren niet gebeurd. Kortom, het is een lange weg, maar ook een waarvan velen zeggen dat je er sterker uit zal komen. Daar vertrouw ik in ieder geval op. Wordt vervolgd.